Alles wees er op dat het er zat aan te komen, de kleur van het licht, de frisser wordende avonden, die eerste doffe plofgeluiden. En toch verrast het me iedere herfst opnieuw : ’t is solden in de tuin.
3 Appelbomen, geplant in een tijd waarin zelfvoorzienend zijn een evidentie was en waarvan wij nog steeds de vruchten plukken. Ik bedoel eigenlijk : de vruchten rapen. We kunnen niet meer bij de hoogste, met blozende appels volgeladen takken. Het ladderdansen (lees: de ladder voortdurend verplaatsen op aanwijzingen van de partner om precies bij dat ene fantastische exemplaar te kunnen komen) gaat na een tijd vervelen, dus wachten we gewoon tot ze vanzelf naar beneden komen. Terwijl ik zo appels opraap, priemen rode vlekjes langs mijn ooghoeken mijn gezichtsveld binnen, herfstframbozen ook al in grote hoeveelheden. Als ik even met mijn voet een brandnetel op afstand probeer te houden, verschijnt het frisse natte geaderde bruin van een walnoot. De volgende golf van overvloed kondigt zich bij deze ook weer aan en een gevoel van onmetelijk rijkdom overmeesterd me. Ik las ooit ergens dat de reden waarom mensen zo graag shoppen, stamt uit de tijd dat we jager-verzamelaars waren, shoppen als surrogaat voor het bevredigende gevoel van het verzamelen van je eigen voedsel. Volgens mij klopt dat ook, het is een eeuwigheid geleden dat ik ben gaan shoppen, behalve dan in eigen tuin.
Na een aantal weken val je bij het naar buiten gaan bijna letterlijk over de appels. Alle wasmanden, kratten en emmers die ik in huis heb zijn tot boven de rand gevuld met appels . Genietend van de nazomerzon, maak ik me de bedenking dat de natuur toch wel een overweldigende overvloed creëert. Een overvloed die voor de meesten onder ons onzichtbaar en ontoegankelijk is geworden. We zitten weggestopt in kantoorgebouwen of fabrieken en als er al sprake is van groen , dan is het puur ornamenteel. We worden gedreven door een economisch denken waarvan de voornaamste regels gebaseerd zijn op schaarste. Om te ontsnappen aan die schaarste is er immers geld nodig, om in de supermarkt appels te kunnen kopen bijvoorbeeld, of de elektriciteits- water- en gas rekening te betalen. Ik heb het geluk gehad en de kans gegrepen om aan die ratrace te ontsnappen, appels raap ik op, het water komt uit de hemel vallen, de zon doet de elektriciteitsmeter terug draaien en straks verwarmen we ons met hout uit de tuin of het bos hier enkele honderden meters verder. Als je het mij vraagt heeft de westerse mensheid zichzelf toch wel serieus bij zijn eigen pietje genomen, toen ze die natuurlijke overvloed de rug toekeerde om zichzelf gevangen te zetten in het spel van de imaginaire schaarste en de daarmee gepaard gaande eindeloze gecreëerde behoeften.
Soit, genoeg diepe gedachten, als ik die appels laat staan neemt de natuur ze terug. Al drie jaar experimenteren we met allerlei technieken om die enorme hoeveelheid appels zo lang mogelijk te bewaren. Zo schaften we ons een fruitpers aan, om tot de conclusie te komen dat je die appels in een persbaar formaat moet zien te krijgen. Twee dagen appels met de hand raspen, daar zie je het volgende jaar serieus tegen op, dus kwam er ook een appelmolentje, toch kon het appelmolentje niet voorkomen dat er nog steeds een enorme hoeveelheid appels op de composthoop belandde. De nodige hulp kwam dit jaar via “Soignies en transition” het lokale transitienetwerk, onder de vorm van een appelsap workshop of beter “Atelier de jus de pomme”. De formule is simpel : wij voorzien in appels, pers en molen, ruimte en toch al een beetje know-how, de deelnemers brengen hun flessen mee en steken de handen uit de mouwen. In ruil krijgen ze enkele liters vers appelsap en een gezellige namiddag .
Een tiental mensen, de meerderheid had ik nog nooit in mijn leven gezien, vielen hier vorige zaterdag binnen. Sommigen beladen met eigen oogst, anderen met een hele collectie flessen. Een korte uitleg over de uit te voeren stappen: wassen, snijden, malen, persen, pasteuriseren en bottelen. Nog meegeven dat je met de overblijvende prut gemakkelijk je eigen appelazijn kan maken en iedereen toog aan het werk . De werkverdeling wees zichzelf uit, het enige wat ik nog moest doen was het houtgestookte kookfornuis op temperatuur brengen voor het pasteuriseren van het sap en het steriliseren van de flessen en nu en dan een extra snijplank , handdoek, of kom aandragen. Ondertussen werden ideeën voor een vlotter verloop uitgewisseld, afgewogen en uitgeprobeerd, gespeculeerd over hoe je nog meer appels zou kunnen verwerken en diverse maal- en perstechnieken passeerden de revue. Drie uur later stond er meer dan veertig liter heerlijk appelsap op de keukentafel . Iedereen vertrok tevreden, met in het achterhoofd plannen om dit volgend jaar opnieuw te doen. Ook dat noem ik overvloed.